De Kwekerij
  • De woningen voldoen minimaal aan de eisen voor Bijna EnergieNeutrale Gebouwen (BENG)
  • Energieopwekkende materialen, zoals zonnepanelen, moeten integraal opgenomen te worden in het ontwerp van de woning.
  • Voor de Milieu Prestatie Gebouwen (MPG) geldt een maximum grenswaarde van 1,0.
  • De bebouwing bestaat uit hoogwaardige en duurzame materialen.
  • De hoofdgebouwen krijgen groen-blauw daken (zonnepanelen/wateropvang). Deze vangen regenwater op, houden het vast en leveren een bijdrage aan de stadsnatuur.
  • Regenwater infiltreren op eigen kavel met een minimale capaciteit van 40 mm per m2 verhard of bebouwd oppervlak. Een zo groot mogelijk deel van de kavel onverhard laten draagt daar aan bij.
  • Klimaatadaptatie: aantoonbaar tegengaan van hittestress in de woning en in de omgeving van de woning. Bijvoorbeeld door groene, met planten begroeide gevels of door slim gebruik te maken van materialen en/of kleuren.
  • De bebouwing heeft een warmtewerend en verkoelende gevel. Denk hierbij bijvoorbeeld aan een groene gevel. Deze kan een temperatuursverschil van ongeveer 5 graden Celcius opleveren.

De genoemde maatregelen zijn voorbeelden. Als u onderstaande voorbeelden opneemt in uw bouwaanvraag betekent dit niet automatisch dat het Kwaliteitsteam uw aanvraag goedkeurt. Het bestemmingsplan en het beeldkwaliteitsplan zijn leidend bij het beoordelen van de aanvraag.

Er zijn natuurlijk nog veel meer mogelijkheden. Wij dagen de kopers en hun architect graag uit om met extra maatregelen te komen in het ontwerp. 

Duurzame maatregelen

Zonnepanelen

Baten: 
Voorziening voor het opwekken van eigen stroom.

Eisen en randvoorwaarden:
Het rendement van de panelen dient gelijkwaardig te zijn aan het gemiddeld gebruik van het aantal inwoners waar de woning voor ontworpen wordt. In combinatie met een groen dak kan het rendement vergroot worden. De aanleg wordt verzorgd door een professioneel en gecertificeerd bedrijf.

220 kWh 2 persoons huishouden
260 kWh 3 persoons huishouden
300 kWh 4 persoons huishouden
320 kWh 5 persoons huishouden

Warmtepomp

Baten:
Voorziening voor het leveren van warm water.

Eisen en randvoorwaarden:
De warmtepomp is de primaire bron voor warm water van de woning. Eventueel kan deze worden aangevuld met een elektrische boiler, geiser of zonneboiler. De aanleg wordt verzorgt door een profesioneel en gecertificeerd bedrijf.

Zonneboiler

Baten:
Voorziening voor het leveren van warm water.

Eisen en randvoorwaarden:
De zonneboiler is de primaire bron voor warm water in de woning. Eventueel kan deze worden aangevuld met een geiser of warmtepomp. De aanleg wordt verzorgt door een profesioneel en gecertificeerd bedrijf.

Toepassen natuurlijke gevelconstructies

Baten:
Duurzame en natuurvriendelijke gevelconstructies van bijvoorbeeld hout of ander verantwoord materiaal.

Eisen en randvoorwaarden:
Het materiaal dient uit van aantoonbare duurzame bron te komen. Bewijzen hiervan kunnen bijvoorbeeld keurmerken als het FSC zijn. Het gebruik van lokaal gewonnen hout wordt gestimuleerd.

Toepassen waterpasserende verharding

Baten:

  • Bevordert waterhuishouding;
  • Bevordert natuurlijk balans in de tuin;
  • Zorgt voor verkoeling;

Eisen en randvoorwaarden:

  • Minimaal 25% van het totaal verhard oppervlak bestaat uit waterpasserend materiaal;
  • Maximaal verhard/ bebouwd oppervlak bedraagd 70% van de gehele kavel
  • Voorbeelden van waterpasserende verharding: grasbetonstenen, grind, schelpen, etc.

Laadpunt voor elektrisch voertuig

Baten:
Voorziening voor het opladen van eigen elektrisch voertuig. Hierdoor wordt het openbaar stroomnet ontzien.

Eisen en randvoorwaarden:
Het laadpunt dient op eigen terrein te worden gerealiseerd. De stroomvoorziening komt uit eigen woning.

Extra waterbufferende voorziening

Baten:
Naast het verplicht infiltreren op eigen terrein ook het voorzien van een eigen watervoorraad voor bijvoorbeeld gebruik in de tuin of het spoelen van het toilet. Hierdoor wordt de vraag van het waternet ontzien. Er kan gedacht worden aan verschillende voorzieningen zoals bijvoorbeeld: ondergrondse watertanks of een waterton.

Eisen en randvoorwaarden:
Het water dient op eigen terrein gewonnen te worden, bijvoorbeeld door het afkoppelen van de hemelwaterafvoer. De minimale opslagcapaciteit van de voorziening bedraagt 40 liter per m2 bebouwd oppervlak.

Eigen initiatief: punten in overleg

Naast de voorgeschreven voorzieningen is er ook ruimte voor eigen initiatief. In overleg met de gemeente kan men eigen ideeën voordragen. Het aantal toe te kennen punten wordt bepaald door de gemeente.

Dak, gevels en verlichting

Groendak met sedum

Baten:

  • Leefgebied voor bijen, vlinders en vogels;
  • Isolerende werking van het dak;
  • Verbetering van de luchtkwaliteit;
  • Verlenging van de levensduur van het dak;
  • Vertraagd afvoeren van hemelwater.

Eisen en randvoorwaarden:

  • Minimaal 50% van het totale dakoppervlak van het hoofdvolume met minimaal 50 m2 aaneengesloten;
  • Grote variatie van plantsoorten, bloeitijden;
  • Het dak wordt voorzien van minimaal 50mm waterberging;
  • De aanleg wordt verzorgd door een professioneel en gecertificeerd bedrijf.

Groendak met kruidachtigen/grassen

Baten:

  • Leefgebied voor bijen, vlinders en vogels;
  • Isolerende werking van het dak;
  • Verbetering van de luchtkwaliteit;
  • Verlenging van de levensduur van het dak;
  • Vertraagd afvoeren van hemelwater.

Eisen en randvoorwaarden:

  • Minimaal 50% van het totale dakoppervlak van het hoofdvolume met minimaal 50 maaneengesloten;
  • Grote variatie van plantsoorten, bloeitijden;
  • Minimale laagdikte van 20 cm daksubstraat;
  • Het dak wordt voorzien van minimaal 50mm waterberging;
  • De aanleg wordt verzorgd door een professioneel en gecertificeerd bedrijf.

Groengevels

Baten:

  • Leefgebied voor bijen, vlinders en vogels;
  • Isolerende werking van de gevel;
  • Verbetering van de luchtkwaliteit.

Eisen en randvoorwaarden:

  • Minimale 50% van het geveloppervlak met een minimale maat van 3 meter breed en 2 meter hoog.
  • Bij voorkeur robuuste grondgebonden klimplanten/ klimconstructies;
  • Zelfhechtende klimplanten zoals: klimop, driedelige wingerd, klimhortensia;
  • Klimplanten met steunconstructie/ spandraden zoals: blauwe regen, bosrank, kamperfoelie, wilde hop, vuurdoorn.

Vleermuis vriendelijke verlichting

Baten:

  • Verbetering van leefklimaat voor vleermuizen;
  • Bevordering van natuurlijke balans in de tuin;
  • Minder last van muggen en andere insecten.

Eisen en randvoorwaarden:

  • Geen verstoring door opwaarts strooilicht vanuit de lichtbron;
  • Een indirecte spreiding van het licht;
  • Lichtbron met lage lichtintensiteit, bij voorkeur amberkleurig;
  • Bij voorkeur gebruik maken van lage lichtbronnen, lager dan 6 meter.

Voorzieningen dieren

Verblijfplaats vleermuizen

Baten:

  • Verbetering leefklimaat voor de vleermuis;
  • Minder overlast van muggen.

Eisen en randvoorwaarden:

  • Minimaal 2 voorzieningen, eventueel in combinatie met voorzieningen voor vogels of insecten;
  • Plaatsing bij voorkeur aan de zuidwestzijde;
  • Hoogte vanaf maaiveld minimaal 4 meter;
  • Aanvliegroute naar de verblijfsplaats vrij houden, niet boven ramen inbouwen, geen beplanting voor de muur laten groeien en geen externe zonweringen plaatsen;
  • De verblijfplaats moet vrij zijn van lichtverstoring.

Nestplaats voor vogels

Baten:

  • Verbetering van leefklimaat voor vogelsoorten  zoals: zwarte roodstaart e.a., huiszwaluw,  mussen.

Eisen en randvoorwaarden algemeen:

  • Minimaal 2 voorzieningen, eventueel  in combinatie met voorzieningen voor  vleermuizen of insecten;
  • Aanvliegroute naar de verblijfsplaats vrij  houden, niet boven ramen inbouwen, geen  beplanting voor de muur laten groeien en  geen externe zonweringen plaatsen;

Aanvullend zwarte roodstaart e.a.:

  • Minimaal 3 meter hoogte vanaf maaiveld;
  • Plaatsing op noorden of oosten.

Aanvullend huiszwaluw:

  • Minimaal 4 meter hoogte vanaf maaiveld;
  • Plaatsing bij voorkeur onder overstekende,  liefst witte dakrand;
  • Bij voorkeur niet op het noordwesten.

Aanvullend mussen:

  • Mussen leven in colonies, bij voorkeur  minimaal 6 voorzieningen bijeen;
  • Minimaal 2 meter hoogte vanaf maaiveld;
  • Plaatsing op noorden of oosten.

Voorzieningen voor insecten

Baten:

  • Verbetering van leefklimaat voor wilde bijen,  hommels, vlinders, lieveheersbeestjes, etc.
  • Bevordering van natuurlijke balans in de tuin.

Eisen en randvoorwaarden:

  • Minimaal 2 voorzieningen, eventueel in  combinatie met voorziening voor vleermuizen  of vogels;
  • Plaatsing aan zonzijde (zuid, zuidoost,  zuidwest, west), beschut tegen regen en wind;
  • Plaatsing van inbouwstenen minimaal op  50 cm en maximaal op 2 meter hoogte;
  • Plaatsing nabij (inheemse) nectar- en  stuifmeeldragende beplanting.

Erfscheidingen

Gemengde haag of beplanting

Baten:

  • Schuilplek en voedselbron voor vogels, kleine  zoogdieren en insecten;
  • Zorgt voor verkoeling en verbetert de  luchtkwaliteit.

Eisen en randvoorwaarden:

  • Hoogte van minstens 80cm en breedte van ten minste 50 cm;
  • Mix van minimaal 3 waardevolle soorten;
  • Plantsoorten met vrucht- en besdragende of nectarproducerende eigenschappen, zoals liguster, Spaanse aak, zuurbes, hulst, gele  kornoelje, meidoorn, sleedoorn, taxus, beuk.

Faunapassage onder erfscheiding

Baten:

  • Verbetering van leefklimaat voor kleine  dieren en amfibieën zoals egels, padden en  hagedissen.

Eisen en randvoorwaarden:

  • Erfscheiding bestaat al uit natuurlijk materiaal,  bijvoorbeeld gevlochten wilgentenen;
  • Voor alle erfscheidingen in de wijk geldt: geef  dieren een doorgang;
  • Alle erfscheidingen dienen minimaal 1  doorgang te voorzien;
  • Minimale opening van 15 x 15 cm vereist.

Natuurlijke erfscheiding

Baten:

  • Schuilplek + voedselbron voor vogels, kleine  zoogdieren en insecten;
  • (Her)gebruik van natuurlijke materialen.

Eisen en randvoorwaarden:

  • Hoogte van minstens 80cm en breedte van ten minste 50 cm;
  • Hergebruik van natuurlijke materialen of het  toepassen van levende materialen;
  • Plantsoorten met vrucht- en besdragende of nectarproducerende eigenschappen, zoals liguster, Spaanse aak, zuurbes, hulst, gele  kornoelje, meidoorn, sleedoorn, taxus, beuk.

Tuininrichting

Inheemse flora en vaste planten in tuin

Baten:

  • Schuilplek en voedselbron voor inheemse  vogels, kleine zoogdieren en insecten;
  • Zorgt voor verkoeling en verbetert de  luchtkwaliteit;
  • Bevordert natuurlijke balans in de tuin;
  • Zorgt voor betere waterhuishouding.

Eisen en randvoorwaarden:

  • Mix van meerdere inheemse soorten;
  • Zowel het inzaaien van een bloemenweide als het aanplanten van borders met inheemse vaste planten vallen onder de mogelijkheden;
  • Minimaal 25% van het kaveloppervlak, met  een minimum van 50 vierkante meter.

Inheemse boom / behouden boom in tuin

Baten:

  • Schuilplek en voedselbron voor inheemse  vogels, kleine zoogdieren en insecten;
  • Zorgt voor verkoeling en verbetert de  luchtkwaliteit;
  • Bevordert natuurlijk balans in de tuin;
  • Zorgt voor betere waterhuishouding;

Eisen en randvoorwaarden:

  • Behouden van bestaande boom of aanplanten  van minimaal 1 nieuwe inheemse boom;
  • Groeiplaats voor 25 jaar optimale groei;
  • Voorbeelden van inheemse bomen: gewone  lijsterbes, gewone esdoorn, zomer eik, winter  eik, beuk, kastanje, meidoorn, zwarte els,  acacia, zoete kers, linde of wilg.

Takkenril / plek voor tuinafval

Baten:

  • Bevordert leefklimaat voor kleine zoogdieren, vogels, amfibieën, insecten;
  • Bevordert natuurlijk balans in de tuin;
  • Hergebruik van tuinafval (compost).

Eisen en randvoorwaarden:

  • De voorziening mag niet zichtbaar zijn vanaf de straatzijde;
  • Minimale afstand van eigen woning maar ook naastgelegen woningen van 8 meter in verband met mogelijke overlast.

Natuurlijke waterpartij

Baten:

  • Bevordert leefklimaat voor kleine zoogdieren,  vogels, amfibieën, insecten;
  • Bevordert waterhuishouding en kwaliteit;
  • Bevordert natuurlijk balans in de tuin;
  • Zorgt voor verkoeling.

Eisen en randvoorwaarden:

  • Minimale oppervlakte van 5 vierkante meter;
  • Maximale diepte: 2 meter onder maaiveld;
  • Flauwe oevers, niet steiler dan 1:8.

Aanvullend:

  • De waterpartij kan worden voorzien van  inheemse oevervegetatie of zwerfkeien als  schuilplaats voor amfibieën.

Eigen initiatief: punten in overleg

Naast de voorgeschreven voorzieningen is er ook ruimte voor eigen initiatief. In overleg met de gemeente kan men eigen ideeën voordragen. Het aantal toe te kennen punten wordt bepaald door de gemeente.

Heeft u gevonden wat u zocht?