Inleiding

In het horecaconvenant maken horecaondernemers, gemeente, politie en het Openbaar Ministerie afspraken met elkaar over onder meer drugs- en wapenvrije horeca, verantwoord alcoholgebruik, geluidsoverlast, etc.

Doelstelling

Het doel van het horecaconvenant is het bevorderen van de kwaliteit en veiligheid van het uitgaan. Om dit te verwezenlijken zijn de volgende (sub)doelstellingen geformuleerd:

  • Het scheppen van een veilig en aantrekkelijk uitgaansbeleid en uitgaansklimaat waardoor het aantal meldingen fysiek geweld gepleegd in relatie tot het uitgaan zal verminderen.
  • Het voorkomen van overlast voor de omgeving van horecabedrijven, het bevorderen van de veiligheid.
  • Afstemming toelatingstijdstip van openbare inrichtingen om ongewenste nachtelijke verplaatsingen (zowel lokaal als regionaal) van horecapubliek te voorkomen (vanaf het toelatingstijdstip mogen in een openbare inrichting geen bezoekers meer worden toegelaten).

Samenwerking

Een integrale aanpak blijft nodig om uitgaansgeweld en -overlast in het openbaar gebied te beheersen. In het horecaconvenant komt het gezamenlijk belang tot uitdrukking. De gezamenlijke verantwoordelijkheid en bereidheid om het gestelde doel te bereiken vormen de basis voor die samenwerking. Het is belangrijk dat alle partners zich vinden in de inhoud van dit convenant. De hierin vastgelegde afspraken worden daarmee breed gedragen.

Op basis van dit convenant kunnen geen persoons- en/of politiegegevens gedeeld worden.

Met deze samenwerking wordt tegelijkertijd actief uitvoering gegeven aan de initiatieven op het gebied van alcoholmatiging van Jeugd in de Regio Achterhoek. Deze plannen zijn geborgd in het Jaarplan verslavingspreventie jeugd en jongvolwassenen gemeente Doetinchem.

Juridische basis en uniforme afspraken

De gemeenten in de Regio Achterhoek hebben afgesproken om een uniforme toelatingstijd voor openbare inrichtingen (horecabedrijven) te hanteren. Alle partijen onderschrijven het belang hiervan. Het doel van een toelatingstijd is het stimuleren van een geleidelijk vertrek van het uitgaanspubliek. De toelatingstijd en het tijdstip waarop een openbare inrichting moet sluiten is vastgelegd in artikel 2:29 van de Algemene plaatselijke verordening van de gemeente Doetinchem (Apv), zie bijlage 1.

Communicatie

Structureel in contact blijven met elk van de partijen is tot dusver de belangrijkste pijler gebleken van de slagingskans van het horecaconvenant. Een goede communicatie leidt tot wederzijds vertrouwen en bekendheid met elkaars taken en belangen. Partijen spreken elkaar aan op naleving van de in het convenant vastgelegde afspraken.

Evaluatie

Dit horecaconvenant wordt na vier jaar geëvalueerd. Is er behoefte tot een eerdere evaluatie, bijvoorbeeld door lokale (of regionale) ontwikkelingen, dan kan hiertoe besloten worden. De manier waarop een evaluatie plaatsvindt, wordt in het horecaoverleg door partijen vastgesteld.

Looptijd

Dit convenant heeft een looptijd van vier jaar. Indien gewenst kan het convenant jaarlijks geëvalueerd worden. Tijdens de evaluatie kan besproken worden of er wijzigingen gewenst zijn en of dit vormgegeven kan worden middels een update van het convenant of dat een nieuw convenant gewenst is.

Voorblad

De deelnemende horecaondernemers in de gemeente Doetinchem, hierna te noemen 'de horeca', in deze vertegenwoordigd door de voorzitter van de afdeling Doetinchem van Koninklijke Horeca Nederland: A.R. Welling.

De gemeente Doetinchem, hierna te noemen 'de gemeente', in deze vertegenwoordigd door de burgemeester mr. M. Boumans.

De politie Basisteam Achterhoek West hierna te noemen 'de politie', in deze vertegenwoordigd door de teamchef: P.M. de Koeijer.

Het Openbaar Ministerie, hierna te noemen "OM", in deze vertegenwoordigd door de officier van justitie: mw. mr. M. van der Zee.

zijn van mening dat:

  • de uitvoering van de socialefunctie en een diversiteit aan openbare inrichtingen (horecabedrijven) een collectief gemeentelijk belang is;
  • de horeca in de gemeente belang heeft bij een gezellig, veilig en aantrekkelijk imago voor een breed publiek en dit ook geldt voor de andere partners in dit convenant;
  • geweld en overlast deze belangen bedreigen en daarom voorkomen moeten worden;
  • elk van de genoemde partijen daarin een eigen (gedeelde) verantwoordelijkheid aanvaardt;
  • een integrale invulling voor ieder van de genoemde partijen de voorkeur heeft;
  • alle partijen, elk vanuit hun eigen verantwoordelijkheid, een maximale inspanning willen leveren om verstoring van de openbare orde rond de openbare inrichtingen, onveilige situaties binnen de inrichtingen, de verschillende vormen van overlast en vormen van discriminatie te voorkomen;
  • alle partijen zich ervan bewust zijn, dat de met dit horecaconvenant na te streven doelen niet alleen gericht zijn op de klant, maar ook op al degene die zich daarvoor inzetten en dat de veiligheid van een ieder daarbij voorop staat;
  • het duidelijk beschrijven van de inspanningen die een ieder verricht, respectievelijk neemt, van groot belang is om elkaar op die afspraken aan te kunnen spreken;
  • alle partijen zich op het gebied van de diversiteit en het uiterlijk aanzien van het horecagebied, evenals te organiseren evenementen, zich coöperatief zullen opstellen;

en komen daarom het volgende overeen:

  • deze overeenkomst is te omschrijven als het Horecaconvenant voor de gemeente Doetinchem. De in dit convenant neergelegde afspraken gelden voor alle dagen van de week.
  • bij de in dit convenant vastgelegde afspraken, wordt rekening gehouden met alle betrokken belangen, waaronder ook die van winkeliers en omwonenden van de betrokken openbare inrichting(en).
  • het convenant beschrijft de overeengekomen inspanningen waartoe de convenantpartners zich committeren.
  • wanneer in dit horecaconvenant wordt gesproken over een openbare inrichting, dan worden de daarbij behorende terrassen daaronder mede verstaan, zie bijlage 1.

1. Algemeen beheer en veiligheid in het uitgaansgebied

De zorg voor het beheer van en de veiligheid op openbare plaatsen is de verantwoordelijkheid van de overheid. In het uitgaansgebied hebben daarnaast ook de horeca en andere partners een deelverantwoordelijkheid. Deze zorg vereist de voortdurende collectieve aandacht en inspanning van alle betrokken partijen.

a. Horecaoverleg

Gemeentelijk integraal horecabeleid wordt in een overleg op beleidsniveau, beschreven door vertegenwoordigers van de convenantpartners. Het vastgestelde beleid wordt in dit beleidsoverleg geëvalueerd. Dit overleg vindt in ieder geval jaarlijks plaats. Vooraf wordt geïnventariseerd waar de behoefte ligt zodat er gekeken kan worden naar hoe het overleg zo efficiënt mogelijk kan plaatsvinden.

Structureel regionaal overleg is ook gewenst. Hieronder verstaan we een overleg waarbij vertegenwoordigers van de convenantpartners op uitvoerend niveau met elkaar in gesprek gaan en waarna een rapportage naar het bestuur plaatsvindt. Hiervoor wordt zo mogelijk gebruik gemaakt van al bestaande overlegvormen, waarbij de overige convenantpartners aansluiten. Het is noodzakelijk om daarnaast een overlegvorm in stand te houden waarin de convenantpartners -in deze voornamelijk de portiers - op uitvoerend niveau met elkaar overleggen. In dit overleg wordt gesproken over de wijze waarop de gezamenlijke verantwoordelijkheid op een effectieve wijze gestalte kan worden gegeven. Daarbij wordt rekening houdende met de verschillende belangen.

Om de af te stemmen belangen te verbreden, kunnen ook vertegenwoordigers van andere belangenpartijen deel uitmaken van dit uitvoerend overleg. Deze deelname is met instemming van alle partijen. Die andere belangenpartijen kunnen bijvoorbeeld afkomstig zijn van winkeliers, bewoners of bezoekers (zoals de 'citymanager' en de 'Nachtburgemeester'). In dit overleg worden afspraken gemaakt over de uitvoering van het vastgestelde beleid, de wijze van samenwerking en worden praktische zaken besproken en opgelost. Vanuit dit overleg wordt ook praktische informatie aangeleverd op grond waarvan het beleid mede wordt bepaald of aangepast. Dit overleg vindt periodiek plaats met een frequentie van tenminste eenmaal per 6 maanden.

Inzet van de gemeente

De gemeente:

  • regisseert (de totstandkoming van) integraal horecabeleid. Zij regelt daarvoor de benodigde personele capaciteit en het benodigde budget;
  • zorgt voor deskundige afvaardiging in de overlegvormen;
  • beschikt over een centraal aanspreekbare functionaris voor de convenantpartners. Deze functionaris is op beleidsniveau en op uitvoerend niveau aanspreekbaar;
  • zorgt voor actualisering van het integraal veiligheidsbeleid met betrekking tot de uitvoering van het horecaconvenant;
  • zorgt voor een veilige inrichting van het uitgaansgebied;
  • herstelt gemelde defecten aan openbare verlichting en andere openbare voorzieningen zo spoedig mogelijk;
  • deelt verkregen informatie over ontwikkelingen in de horeca met de partners.

Inzet van de politie

De politie:

  • draagt vanuit haar beleidsniveau zorg voor afvaardiging in het beleidsoverleg;
  • zorgt voor borging van de convenantafspraken binnen de politieorganisatie;
  • zorgt voor voldoende capaciteit om de taken, zoals vastgelegd in dit convenant uit te voeren;
  • benoemt een afvaardiging die deelneemt in het lokaal uitvoerend overleg. Deze afvaardiging is bij voorkeur de betrokken gebiedsgebonden politiefunctionaris en fungeert als centraal aanspreekpunt op uitvoeringsniveau voor de convenantpartners.

Inzet van de horeca

De horecaondernemer:

  • stelt zich positief en open op in de afweging van de belangen van de verschillende gebruikers van het uitgaansgebied;
  • neemt deel aan het beleidsoverleg met een vertegenwoordiging van de afdeling Doetinchem van de Koninklijke Horeca Nederland met het nodige mandaat;
  • draagt zorg voor deelname aan het lokale operationele overleg en laat zich door een daartoe aangewezen en bevoegde afgevaardigde vertegenwoordigen;
  • informeert tijdig de andere partners over ontwikkelingen en/of aangelegenheden die voor de openbare orde en veiligheid van belang kunnen zijn. Daartoe behoren in ieder geval de grotere evenementen en/of festiviteiten met live muziek waarbij veel bezoekers worden verwacht of extra toezicht nodig is. Dat zijn in elk geval de schoolfeesten en jongerenfeesten. De informatie wordt zo nodig per e-mail door gegeven aan de gemeente.

Inzet van het Openbaar Ministerie

Het Openbaar Ministerie:

  • zorgt ervoor dat bij ernstige misdrijven de verdachte te allen tijde voorgeleid wordt bij de rechter-commissaris (RC), waar de inbewaringstelling gevorderd wordt;
  • minder ernstige delicten worden door ZSM afgehandeld (ZSM staat voor Samen op Snelle, Slimme, Selectieve, Simpele en Samenlevingsgerichte wijze zaken beoordelen, straffen en afdoen.);
  • de overige zaken worden zo spoedig mogelijk afgedaan.

b. Bestuurlijk beleid

De gemeente spant zich in om in voorkomende gevallen adequaat op te treden waar nodig. Hiervoor beschikt de gemeente over een bestuurlijk instrumentarium. Waar mogelijk pleit de gemeente hier ook voor intergemeentelijk verbanden. Het doel hiervan is om in voorkomende situaties preventief bestuursrechtelijke maatregelen te kunnen treffen.

De gemeente zet zich samen met andere partners in voor ontwikkeling van aanvullend beleid op het gebied van horeca en geweld. Het convenant is aanvullend. Alle wettelijke regels met betrekking de horeca blijven van toepassing

2. Inspanningen van de horeca

Toezicht tijdens uitgaanstijden

De horecaondernemer:

  • heeft voldoende gecertificeerde toezichthouders aangesteld.
  • zorgt ervoor dat alle toezichthouders in het bezit zijn van een diploma ingevolge de Wet op de Particuliere Beveiligingsorganisaties en Recherchebureaus. De toezichthouder is verantwoordelijk voor het toezicht in zowel de openbare inrichting als de directe omgeving daarvan.
  • zorgt ervoor dat de toezichthouders deelnemen aan de door de politie belegde bijeenkomsten (twee keer per jaar) die in het kader van de onderlinge afstemming van taken en verantwoordelijkheden worden gehouden.
  • zorgt dat de toezichthouder beschikt over een mobiele telefoon (geprogrammeerde GSM), zodat bij calamiteiten direct de politie kan worden gewaarschuwd.
  • zorgt voor het opstellen en handhaven van regels, hierna te noemen 'huisregels'. Deze huisregels worden bekendgemaakt door ze op een duidelijk zichtbare plaats(en) in de openbare inrichting op te hangen (zie hieromtrent een voorbeeld in de bijlagen). Hierop maakt hij ook bekend dat hij deelnemer is aan Collectieve Horeca Ontzeggingen.
  • regelt uit het oogpunt van preventie, met betrekking tot de naleving van de huisregels, voor herkenbaar toezicht. zorgt ervoor dat het personeel in de openbare inrichting voldoende geïnstrueerd is en daardoor weet om te gaan met 'lastige klanten' (bijvoorbeeld dronkenschap, geweld, et cetera).
  • laat consequent geen personen in de openbare inrichting toe, die een toegangsontzegging hebben.
  • is zich ervan bewust dat zijn verantwoordelijkheid niet ophoudt bij de deur. De ondernemer informeert de politie altijd zodra een horecabezoeker uit de inrichting is of wordt verwijderd wegens ongewenst gedrag.

Toelatingsbeleid

De horecaondernemer:

  • weert bezoekers die in het bezit (blijken) te zijn van een wapen uit de openbare inrichting.
  • waarschuwt bij het aantreffen van wapens (en andere strafbare feiten/overtredingen) in alle gevallen direct de politie.
  • legt in de huisregels de mogelijkheid vast om de toegang van bezoekers te weren die deel uit maken van groepen die 'colors' (clubkleuren) dragen (bijvoorbeeld Hells Angels MC).
  • maakt zich niet schuldig aan discriminatie, in het bijzonder bij:
    • het stellen van eisen aan bezoekers van de horecagelegenheid;
    • het toelaten van bezoekers;
    • de bediening van gasten;
    • het eisen van financiële waarborgen.
    Dit geldt ook voor het personeel van de horecaondernemer.
  • voldoet, evenals zijn personeel, op geen enkele wijze aan discriminerende eisen, wensen en opdrachten van bezoekers en opdrachtgevers.
  • gaat tot formele ontzegging van de toegang over, als klanten zich niet volgens de 'huisregels' gedragen. Hij gaat daarbij te werk volgens de daartoe gemaakte afspraken zoals vastgelegd in het protocol Collectieve Horecaontzeggingen; hij reikt de ontzeggingsbrief uit en informeert de overige horecaondernemers over deze maatregel.
  • overgaan tot formele ontzegging van de toegang kan bijvoorbeeld naar aanleiding van:
    • de toepassing van verbaal of fysiek geweld naar bezoekers of personeel;
    • het lastig vallen van personeel of bezoekers (bijvoorbeeld seksuele intimidatie);
    • uitingen van discriminatie;
    • vernielingen;
    • wapenbezit;
    • handel in en/of gebruik van drugs.
  • stelt uitsluitend gerichte eisen aan de bezoekers om:
    • de goede naam van het bedrijf te behouden;
    • orde en rust in het bedrijf te garanderen;
    • de veiligheid van gasten en medewerkers te waarborgen.
  • naast bovengenoemde eisen kan de horecaondernemer bij toelating van een bezoeker uitsluitend nog aanvullende gerichte eisen stellen, zoals:
    • eisen aan de kleding;
    • eisen aan de hygiëne/gezondheid;
    • eisen aan het gedrag;
    • eisen aan de kredietwaardigheid.
  • zet een systeem van collectieve horecaontzeggingen (CHO) op, zodat klanten die zich structureel en/of ernstig misdragen voor een langere periode uit zoveel mogelijk openbare inrichtingen worden geweerd (dit systeem is opgestart, maar moet nog verder uitgedragen en doorontwikkeld worden).
  • uitgedragen en doorontwikkeld worden). instrueert de medewerkers op welke wijze discriminatie bij de toepassing van het toelatingsbeleid kan worden voorkomen. Desgewenst doet hij dit in overleg met de politie. Het toelatingsbeleid is duidelijk, helder en bij bezoekers bekend.
  • politie. Het toelatingsbeleid is duidelijk, helder en bij bezoekers bekend. zorgt ervoor dat de huisregels bij de toegang tot de openbare inrichting duidelijk zichtbaar en leesbaar zijn opgehangen.

Verantwoord alcoholgebruik

De horecaondernemer:

  • houdt zich strikt aan de STIVA (Code voor alcoholhoudende dranken).
  • onthoudt zich van activiteiten die de verkoop van alcoholhoudende dranken bevorderen, zoals de zogenaamde 'happy-hours' of soortgelijke activiteiten. Dit geldt ook voor het maken van reclame daarvoor.
  • zorgt ervoor dat de regels over de verstrekking van alcoholhoudende drank aan minderjarigen consequent worden nageleefd. Aan personen jonger dan 18jaar wordt geen alcoholhoudende drank verstrekt. De horecaondernemer controleert daarvoor actief de ID-kaart of ander wettig legitimatiebewijs van de klant.
  • weert consequent personen uit zijn openbare inrichting of van zijn terras die in kennelijke staat van dronkenschap zijn. Aan in de openbare inrichting of op het terras aanwezige personen, schenkt hij geen alcoholhoudende drank meer wanneer deze in kennelijke staat van dronkenschap dreigt te komen.
  • is zich bewust van zijn verantwoordelijkheid voor zijn klanten en verplicht zich tot nazorg van klanten die, ondanks adequaat toezicht, toch niet in staat zijn om zelfstandig thuis te komen. Dit is de zogeheten 'zorgplicht'.
  • biedt aan professionals faciliteiten en medewerking om voor medewerkers en klanten voorlichtingsactiviteiten over verantwoord alcoholgebruik te organiseren.

Drugs- en wapenvrije horeca

De horecaondernemer:

  • is duidelijk in zijn standpunt tegen de handel in en het gebruik van drugs en wapens en stemt zijn handelen hierop consequent af.
  • heeft het verbod op het voorhanden hebben en gebruik van drugs en het voorhanden hebben van wapens in zijn horeca-inrichting, opgenomen in de 'huisregels',
    • en zijn medewerkers zien consequent toe op dit verbod.
    • en zijn medewerkers zijn in staat aan de hand van gedrag van bezoekers, de handel in en het gebruik van drugs te herkennen en om daarop adequaat te reageren. Zij zijn bereid zich de daarvoor benodigde vaardigheden eigen te maken. Indien nodig mogen portiers gebruik maken van fouilleren en/of visiteren. Dit staat vermeld in de huisregels.
  • meldt onverwijld en consequent bij de politie het bezit of handel van drugs, als dit in zijn horeca- inrichting wordt gesignaleerd, of als daarvan een ernstig vermoeden bestaat.
  • verleent consequent medewerking aan voorlichtingsactiviteiten tegen drugsgebruik en wapenbezit. Bij constateren van vermeende drugshandel overleggen de politie en de betrokken ondernemer over de wijze van aanpak, daarbij zal ook rekening worden gehouden met de positie van de ondernemer.
  • neemt maatregelen tot het instellen van een ontslagprocedure als blijkt dat personeelsleden een aandeel hebben of betrokken zijn bij drugshandel.
  • neemt, waar mogelijk, maatregelen tegen drugsgebruik in zijn inrichting (bijvoorbeeld door speciale verlichting in toiletruimten) en treft waar mogelijk maatregelen om te voorkomen dat mensen wapens mee naar binnen kunnen nemen (waaronder bijvoorbeeld fouilleren en visiteren). Onder wapens worden ook alle messen en daarop lijkende scherpe voorwerpen verstaan.

Glasoverlast

De horecaondernemer:

  • ziet er op toe dat gasten geen glazen of flflessen (onverpakt) mee naar buiten nemen of deze vanaf het terras mee op straat nemen.
  • ziet er voortdurend op toe dat er geen glaswerk in de directe omgeving van het horecabedrijf is achtergelaten.
  • maakt met huisregels bekend wanneer het gebruik van glas op het terras en buiten de openbare inrichting niet is toegestaan.
  • spreekt klanten die zich niet aan deze regel houden, in het kader van het naleven van de 'huisregels', daar op aan.
  • plaatst de bakken met afvalglas zodanig dat zij voor onbevoegden onbereikbaar zijn.
  • houdt rekening met omwonenden, deponeert afvalglas buiten in bakken tussen 12:00 uur en 22:00 uur.

Geluidsoverlast

De horecaondernemer:

  • ziet erop toe dat het publiek zich bij aankomst en vertrek rustig en normconform gedraagt.
  • neemt voldoende geluidwerende maatregelen om het geproduceerde geluidsniveau binnen de gehanteerde geluidsgrenzen te houden.
  • zorgt er voor dat de toegangsdeuren tijdens het (af)spelen van muziek consequent weer worden gesloten bij komend en gaand publiek.
  • zorgt ervoor dat bij het (af)spelen van muziek in de inrichting de ramen en de andere deuren dan de toegangsdeuren altijd gesloten zijn. Dit geldt ook voor de tijden dat de terrassen in gebruik zijn.
  • houdt bij opruimingswerkzaamheden na sluiting rekening met omwonenden.

Kwaliteit van de omgeving

De horecaondernemer:

  • zorgt voor voldoende, schone en goed bereikbare toiletten voor zijn bezoekers.
  • zorgt zo nodig gezamenlijk en in overleg met de convenantpartners voor een adequate aanvullende verlichting van hun horeca-inrichting en de directe omgeving daarvan. Zij hebben deze verlichting bij duisternis tijdens openingsuren en tot een uur na sluitingstijd brandend.
  • zorgt zo nodig gezamenlijk voor een schone omgeving van hun bedrijf door het aanvullend plaatsen van afvalbakken, in het bijzonder bij terrassen en het opruimen van die omgeving na sluitingstijd.
  • instrueert zijn portier(s) om erop toe te zien dat er in de directe omgeving van hun bedrijf niets wordt vernield.
  • verwijdert de eventueel op of aan zijn pand aangebrachte graffiti binnen vijf dagen.

Sluitingstijden

De horecaondernemer:

  • leeft de sluitingstijden na, zie bijlage 1.
  • kondigt een half uur voor sluiting van de openbare inrichting dit aan, aan de bezoekers en zijn personeel. Hij doet dit om de sluiting ordelijk te laten verlopen en te voorkomen dat men massaal uit de inrichting vertrekt. Vanaf een kwartier vóór sluiting van de horeca-inrichting verstrekt hij geen consumpties meer. Ook wordt dan de volle verlichting ontstoken en wordt het volume van de muziek geleidelijk teruggedraaid. Vijf minuten voor het sluitingstijdstip wordt de muziek geheel uitgezet.
  • zorgt ervoor dat op het sluitingsuur al het publiek de openbare inrichting verlaten heeft.
  • zorgt bij loketverkoop ervoor dat deze om 05.00 uur (weekenden) respectievelijk 03.00 uur (werkdagen) gesloten is en publiek vertrokken is.

Vervoer en parkeervoorzieningen

De horecaondernemer:

  • stelt zich positief op bij het creëren van mogelijkheden en het gebruik van collectief vervoer.
  • stimuleert bezoekers gebruik te maken van de centrale parkeer- c.q. stallingmogelijkheden.
  • informeert de klant over de mogelijkheid van het gebruik van de taxistandplaats.
  • beschikt over de telefoonnummers van de taxibedrijven die op dat gewenste tijdstip beschikbaar zijn.
  • ziet erop toe dat geen (brom)fietsen op overlast veroorzakende wijze worden gestald. Hij verwijst consequent naar de centrale stalling.

Veiligheid in de horeca

De horecaondernemer kan in overleg met de politie (adviserende rol):

  • de horeca veiligheid scan met betrekking tot de door hen geëxploiteerde inrichting laten uitvoeren:
  • de aanbevelingen die uit de horeca veiligheid scan voortkomen, op basis van het dan in overleg op te stellen minimaal eisenpakket, uitvoeren.

De veiligheidsscan horeca

De Veiligheidsscan Horeca is een middel om een bedrijf te toetsen op veiligheid. Het is een simpele en doeltreffende methode waarmee de beveiliging als aandachtspunt in de bedrijfsvoering opgenomen kan worden. De veiligheidsscan vergroot de veiligheid voor de medewerkers. Het is een praktische en eenvoudige methode om criminaliteit terug te dringen. Het gaat hierbij om de volgende vormen van criminaliteit: inbraak, diefstal, overvallen, fraude, bedrog en vandalisme. Vervolgens levert deze veiligheidsscan een advies op maat. De uitwerking en de toepassing geschieden in samenwerking met de plaatselijke politie. Doel van de veiligheidsscan is de horeca- ondernemer een bruikbaar en praktisch middel te geven waarmee de veiligheid voor ondernemer en medewerkers kan worden vergroot en de criminaliteit wordt teruggedrongen.

3. Inspanningen van de gemeente

Toezicht tijdens uitgaanstijden

De gemeente:

  • zorgt voor een adequate uitvoering van het bestuurlijk/juridisch instrumentarium op het gebied van toezicht controle en handhaving.
  • werkt vanuit haar primaire verantwoordelijkheid aan een aanvaardbaar niveau van toezicht in het publieke domein.
  • de burgemeester schrijft een horecaondernemer voor om toezichthouders (Wet PBOR) aan te stellen. Het uitgangspunt daarbij is dat voor iedere 250 bezoekers er tenminste twee toezichthouders zijn aangesteld. Deze toezichthouders worden ook wel 'horecaportiers' genoemd.
  • als daarvoor gegronde redenen aanwezig zijn kan de burgemeester in afwijking van het hiervoor gestelde een horecaondernemer voorschrijven om meer of minder toezichthouders aan te stellen.
  • organiseert in samenwerking met de politie tenminste jaarlijks een bijeenkomst voor horecaportiers waarbij concrete afspraken worden gemaakt over de onderlinge samenwerking.

Toelatingsbeleid

Het bevoegde bestuursorgaan neemt exploitatie beperkende maatregelen bij discriminatie, die door de betrokken horecaondernemer of diens medewerkers dan wel politie wordt geconstateerd. Daarbij worden de wettelijke kaders en -mogelijkheden gevolgd.

Verantwoord alcoholgebruik

De gemeente:

  • stelt het gebruik van alcohol op of aan de openbare plaatsen strafbaar, waar dit vanuit een oogpunt van openbare orde en veiligheid ongewenst is.
  • organiseert en regisseert in het kader van haar horeca- en jeugdbeleid voorlichtingscampagnes over alcoholgebruik (misbruik) bij scholen, buurt- en clubhuizen, sportkantines, horecagelegenheden en supermarkten.
  • voert een alcoholmatigingsbeleid met betrekking tot jongeren.
  • houdt waar mogelijk toezicht op het verstrekken van alcoholhoudende drank aan jeugdigen, met name ook door de detailhandel.

Drugs- en wapenvrije horeca

De gemeente:

  • hanteert samen met de andere gemeenten in de regio Achterhoek (uitzonderingen daargelaten) ten aanzien van de handel in 'softdrugs' het zogenaamde 0-optie beleid. Door toepassing van het exploitatievergunningstelsel wordt dit in de gemeente Doetinchem de vestiging van ten hoogste twee 'coffeeshops' gereguleerd.
  • hanteert voor drugshandel in een openbare inrichting een 'zero tolerance' beleid. Dit leidt bij een constatering bij een eerste maal tot een schriftelijke waarschuwing. Bij geconstateerde herhaling leidt dit consequent tot sluiting van de horeca-inrichting. De beleidsregels van artikel 13b Opiumwet gemeente Doetinchem zijn in alle gevallen leidend. Voor nadere informatie wordt naar dit beleidsdocument verwezen. De sanctie wordt binnen vijf werkdagen opgelegd. Er volgt in alle gevallen een schriftelijke reactie.
  • organiseert en regisseert in het kader van het integraal horeca- en jeugdbeleid voorlichtingscampagnes op het gebied van drugsgebruik in brede zin.

Glasoverlast

De gemeente:

  • zorgt voor opname, van het verbod om consumpties in glas te verstrekken, op de openbare weg en de daaraan gelegen terrassen, bij evenementen met een massaal en/of buitenkarakter, in de Apv en/of gemeentelijk beleid.
  • maakt tijdig van te voren bekend bij welke evenementen het gebruik van glas verboden is.
  • draagt de verantwoording voor het toezicht en handhaving op naleving van het verbod op het gebruik van glas.

Geluidsoverlast

De gemeente:

  • neemt consequent maatregelen tegen een gegronde klacht over geluidoverlast.
  • houdt er bij de handhaving en toezicht rekening mee dat de geluidgrenzen niet worden overschreden. Zij controleert of een horecaondernemer een akoestisch onderzoek heeft overgelegd en de daarin gestelde maatregelen heeft genomen.
  • zal ter handhaving van het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer, het Barim (voorheen het Activiteitenbesluit Wet milieubeheer), een nadere eis opleggen als dit uit onderzoek noodzakelijk blijkt.
  • verklaart voor een aantal dagen per kalenderjaar de vigerende geluidseisen niet van toepassing voor in de horecabedrijven te houden collectieve of individuele festiviteiten. Voor de collectieve festiviteiten vraagt de organisator een evenementenvergunning bij de gemeente aan. Voor de individuele festiviteiten dient de betrokken ondernemer rechtstreeks een melding bij de gemeente in. De gemeente controleert of de melding voldoet aan de daaraan gestelde vereisten.

Kwaliteit van de omgeving

De gemeente:

  • ontwikkelt een integrale visie voor de binnenstad en stelt een uitvoeringsagenda op.
  • doet consequent aangifte van geconstateerde vernieling/vandalisme van openbare voorzieningen.
  • verwijdert graffiti in het openbaar gebied zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen tien werkdagen.
  • draagt bij aan de voorziening van openbare en opengestelde toiletten die in werking zijn.

Sluitingstijden

De gemeente:

  • zorgt voor duidelijke regelgeving met betrekking tot de sluitingstijden voor openbare inrichtingen, zie bijlage 1.

Vervoer en parkeervoorzieningen

De gemeente:

  • ontwikkelt een integrale visie voor de binnenstad en stelt een uitvoeringsagenda op. Fietsparkeer- locaties wordt als punt meegenomen in deze agenda.

Veiligheid in de horeca

De gemeente:

  • blijft in samenwerking met de horeca de behoefte en de mogelijkheden tot verbreding van de samenwerking op het gebied van de veiligheid onderzoeken.

4. Inspanningen van de politie

Toezicht tijdens uitgaanstijden

De politie:

  • heeft tijdens de uitgaansuren politiefunctionarissen beschikbaar, die zichtbaar en zo veel als mogelijk toezicht houden in het uitgaansgebied.
  • regelt dat tijdens de surveillances door de toezichthoudende politiefunctionarissen contact wordt onderhouden met de horecaportiers en eventuele andere toezichthouders.
  • zorgt in het kader van 'kennen en gekend worden' voor een vast aan te spreken politiefunctionaris ten behoeve van de horeca. Voor de directe bereikbaarheid worden nadere afspraken gemaakt.
  • heeft aandacht voor de veiligheidsproblematiek in het uitgaansgebied. De aanpak ervan wordt zoveel mogelijk projectmatig en samen met de partners uit dit convenant gedaan.
  • reageert zo spoedig mogelijk op meldingen of assistentieverzoeken vanuit de horeca en stelt in het overleg met de horeca hierover afspraken vast.
  • treedt op als een persoon met ontzegging in de openbare inrichting verblijft of zich de toegang tracht te verschaffen (artikel 138, lid I WvSr (huisvredebreuk)).
  • kan desgevraagd de horecaondernemer adviseren bij het opstellen van de ontzeggingsbrief aan betrokkene(n). zijn aanwezig bij bijeenkomst(en) voor horecaportiers.
  • registreert de incidenten die door de politie zijn behandeld/afgedaan in een horecamutatie en stelt de burgemeester daarvan in kennis wanneer dit noodzakelijk is (hetzij met als doel handhaving van de openbare orde, hetzij met als doel toezicht en/of het nemen van bestuurlijke maatregelen. De verstrekking aan de burgemeester bevat geen persoonsgegevens.

Toelatingsbeleid

De politie:

  • treedt op aanwijzen van de horeca op bij aanwezigheid van wapens in afstemming met de portier.
  • treedt op bij discriminatie.

Verantwoord alcoholgebruik

De politie:

  • treedt op bij excessen van overmatig alcoholgebruik.
  • maakt zo nodig een proces verbaal op of biedt de betrokkene een transactie aan, in de gevallen van daadwerkelijk geconstateerde openbare dronkenschap.
  • houdt waar mogelijk toezicht op het verstrekken en het gebruik van alcoholhoudende drank aan jeugdigen op openbare plaatsen.
  • levert desgevraagd een bijdrage in de voorlichtingscampagnes met betrekking tot de gevaren van alcoholgebruik, speciaal in relatie tot de verkeersrisico's en de strafrechtelijke gevolgen.

Drugs- en wapenvrije horeca

De politie:

  • reageert zo snel mogelijk op klachten of verzoeken om assistentie van de horeca over geconstateerde handel of gebruik in/van drugs en wapens in de openbare inrichting.
  • stelt bij signalen of tips over vermeende handel in of gebruik van drugs en wapens in een inrichting of de omgeving daarvan, een onderzoek in en koppelt het resultaat hiervan terug aan de melder.
  • maakt afspraken met de horecaondernemers onder meer over het inleveren van aangetroffen drugs en wapens.
  • levert desgevraagd een bijdrage in voorlichtingscampagnes tegen drugshandel en - gebruik in de horeca. Deze bijdrage richt zich vooral op de strafrechtelijke gevolgen van die handel en het gebruik.

Geluidsoverlast

De politie:

  • spant zich in om luidruchtige bezoekers in het uitgaansgebied op hun gedrag aan te spreken en te kalmeren.
  • ziet erop toe dat de ondernemer tijdens het (af)spelen van muziek in de inrichting de ramen en deuren consequent gesloten houdt.
  • treedt consequent op tegen klachten.

Kwaliteit van de omgeving

De politie:

  • ziet er op toe dat de verschillende voorzieningen in het uitgaansgebied niet het doelwit worden van bijvoorbeeld vandalisme en vernieling. Zij werkt daarbij zo nodig samen met de portiers en andere toezichthouders.
  • treedt strafrechtelijk op tegen wildplassen.

Sluitingstijden

De politie:

  • ziet in het algemeen toe op de naleving van de sluitingstijd, zie bijlage 1.
  • ziet met name erop toe dat er bij betrokken ondernemingen vanaf 02.00 uur geen nieuwe bezoekers worden toegelaten en dat de absolute sluitingstijd van 04.30 uur consequent wordt nageleefd.
  • ziet erop toe dat ondernemers met loketverkoop dit loket om 05.00 uur sluit.
  • stelt de burgemeester in kennis middels een horecamutatie van overtreding van de sluitingstijden.

Vervoer en parkeervoorzieningen

De politie:

  • betrekt indien nodig tijdens uitgaanstijden de centrale parkeer taxi- en stallinglocaties in haar toezicht.
  • stimuleert het gebruik van deze centrale voorzieningen door op de aanwezigheid daarvan te wijzen en een consequente aanpak van parkeerovertredingen in het uitgaansgebied.
  • is consequent in het verbaliseren van vervoerders die de vergunningsvoorschriften overtreden.

5. Inspanningen van het arrondissementsparket Oost-Nederland (OM)

Afdoening van zaken

Het Openbaar Ministerie:

  • is verantwoordelijk voor een snelle, adequate en waar mogelijk uniforme, afdoening van strafzaken met een relatie tot problematiek in uitgaansgebieden. Hierbij wordt optimaal gebruik van:
    • de mogelijkheden om strafzaken zo spoedig mogelijk af te doen;
    • het uniform strafmaatmodel waarin de mate van recidive medebepalend is voor de aard en hoogte van de te eisen straf;
    • de toepassing van de mogelijkheden van schadeverhaal in het kader van de Wet Terwee.
  • overlegt met de betrokken convenantpartners als de wens tot afwijking van bestaande richtlijnen voor de afdoening van strafzaken bestaat, zoals verhoogde transactiebedragen. Zo mogelijk maakt zij daarover met de betrokken convenantpartners afspraken.
  • vraagt in aansluiting op de lokaalontzegging (IHO of CHO) waar mogelijk een uitgaansgebiedverbod, als bijkomende maatregel. Zij doet dit analoog aan het stadionverbod.

Strafvervolging

Het openbaar ministerie:

  • stelt in principe een strafvervolging in tegen alle personen die worden verdacht van het plegen van strafbare feiten die betrekking hebben op geweld, bedreiging, wapens of drugs, of in nauwe relatie staan tot de kwaliteit van het uitgaansgebied. Bij gebrek aan een aangifte vindt het politieonderzoek op basis van voldoende bewijscriteria ambtshalve plaats.
  • zorgt bij instelling van een strafvervolging dat aan de aangever een slachtofferbrief wordt gestuurd. Als de aangever er prijs opstelt wordt de volgende informatie aan betrokkenen verstrekt:
    • de zittingsdatum;
    • het opgelegde vonnis;
    • een eventueel hoger beroep;
    • uitleg bij een significant afwijken van eis en vonnis.

Voorlichting

Het Openbaar Ministerie informeert de pers zoveel mogelijk over op de rol geplaatste zaken met een relatie tot bovenstaande en stelt de pers zoveel mogelijk in de gelegenheid die zaken bij te wonen. De behandelende officieren van justitie geven in hun aanklacht inhoudelijk aandacht aan de beleidsmatige kant van de horeca gerelateerde problematiek.

Bijlage 1. Juridische basis/regelgeving

Algemene plaatselijke verordening gemeente Doetinchem (Apv)-gemeentelijke beleid:

Artikel 2:27 (Apv) Begripsbepaling

1. In deze afdeling wordt verstaan onder:

  • a. openbare inrichting:
    i. Een hotel, restaurant, pension, café, cafetaria, waterpijpcafé, afhaalcentrum, snackbar, discotheek, buurthuis of clubhuis;
    ii. Elke andere voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig of in omvang alsof zij bedrijfsmatig was logies worden verstrekt of dranken worden geschonken of rookwaren of spijzen voor directe consumptie worden verstrekt of bereid.
  • b. terras: een buiten de besloten ruimte van de openbare inrichting liggend deel daarvan waar sta- of zitgelegenheid kan worden geboden en waar tegen vergoeding dranken kunnen worden geschonken of spijzen voor directe consumptie kunnen worden bereid of verstrekt of waar rookwaren kunnen worden genuttigd.
  • c. exploitant: degene die een openbare inrichting exploiteert.
  • d. leidinggevende: de natuurlijke persoon of personen die onmiddellijk feitelijke leiding uitoefent of uitoefenen in een openbare inrichting

Artikel 2:29 (Apv) Sluitingstijd

1. Het is de houder van een openbare inrichting verboden deze voor bezoekers geopend te hebben of daarin of aldaar bezoekers toe te laten of te laten verblijven op:

  • a. maandagavond op dinsdagnacht van 02:00 uur tot 06:00 uur;
  • b. dinsdagavond op woensdagnacht van 02:00 uur tot 06:00 uur;
  • c. woensdagavond op donderdagnacht van 02:00 uur tot 06:00 uur;
  • d. donderdagavond op vrijdagnacht van 02:00 uur tot 06:00 uur;
  • e. vrijdagavond op zaterdagnacht van 04:30 uur tot 06:00 uur;
  • f. zaterdagavond op zondagnacht van 04:30 uur tot 06:00 uur;
  • g. zondagavond op maandagnacht van 03:00 uur tot 06:00 uur.

2. In afwijking van het eerste lid, is het de houder van een openbare inrichting verboden deze voor bezoekers geopend te hebben of daarin of aldaar bezoekers toe te laten of te laten verblijven van 04:30 uur tot 06:00 uur:

  • a. op carnavalsmaandag, Tweede Paasdag en Tweede Pinksterdag (alle drie van zondagavond op maandagnacht);
  • b. van 26 april op 27 april (Koningsnacht) en van 27 op 28 april (nacht na Koningsdag);
  • c. op Hemelvaartsdag (van donderdagavond op vrijdagnacht);
  • d. van 24 december op 25 december, van 25 december op 26 december en van 26 december op 27 december (Eerste Kerstdag, Tweede Kerstdag en de nacht na Tweede Kerstdag).

3. Voor een terras geldt dagelijks de sluitingstijd van 02:00 uur tot 06:00 uur.

4. Tussen 02:.00 uur en 06:00 uur mogen in openbare inrichtingen geen nieuwe bezoekers meer worden toegelaten.

5. Het bepaalde in het vierde lid geldt niet voor broodjeszaken, cafetaria's en snackbars.

6. Loketverkoop is niet toegestaan van:

  • a. maandagavond op dinsdagnacht van 03:00 uur tot 06:00 uur;
  • b. dinsdagavond op woensdagnacht van 03:00 uur tot 06:00 uur;
  • c. woensdagavond op donderdagnacht van 03:00 uur tot 06:00 uur;
  • d. donderdagavond op vrijdagnacht van 03:00 uur tot 06:00 uur;
  • e. vrijdagavond op zaterdagnacht van 05:00 uur tot 06:00 uur;
  • f. zaterdagavond op zondagnacht van 05:00 uur tot 06:00 uur;
  • g. zondagavond op maandagnacht van 03:00 uur tot 06:00 uur.

7. Het bepaalde in het eerste, vierde en zesde lid geldt niet voor Nieuwjaarsnacht (1 januari). Dan geldt er een sluitingstijd van 05:00 uur tot 06:00 uur en mogen in de openbare inrichting tussen 03:00 uur en 06:00 uur geen nieuwe bezoekers meer worden toegelaten. Deze toelatingstijd geldt niet voor broodjeszaken, cafetaria's en snackbars.

8. De burgemeester kan de houder van een openbare inrichting, in gevallen waarin hij dit noodzakelijk oordeelt met het oog op de openbare orde en veiligheid, verplichten één of meer gecertificeerde toezichthouders aanwezig te hebben om toezicht te houden.

9. De burgemeester is bevoegd voor maximaal 6 keer per jaar ontheffing te verlenen van het bepaalde in het eerste en zesde lid.

10. Het in dit artikel bepaalde geldt niet voor zover op de Wet milieubeheer gebaseerde voorschriften van toepassing zijn.

Artikel 2:30 (Apv) Afwijking sluitingstijd; tijdelijke sluiting

1. De burgemeester kan in het belang van de openbare orde, veiligheid, zedelijkheid of gezondheid of in geval van bijzondere omstandigheden voor een of meer openbare inrichtingen of terrassen tijdelijk andere dan de krachtens artikel 2:29 geldende sluitingstijden vaststellen of tijdelijke sluiting bevelen.

2. Het eerste lid is niet van toepassing op situaties waarin artikel 13b van de Opiumwet voorziet.

Handhavingsstappen (beleidsregel/Handhavingsbeleidsplan gemeente Doetinchem)

Bij overtreding van de sluitingstijden genoemd in artikel 2:29 "sluitingstijd" van de Algemene plaatselijke verordening gemeente Doetinchem (Apv) krijgt de houder van de openbare inrichting een beperking van de sluitingstijden zoals hieronder opgenomen.

  1. Eerste overtreding
    Schriftelijke bestuurlijke waarschuwing
  2. Tweede overtreding
    Binnen één jaar na de eerste overtreding: gedurende 3 maanden dagelijks de sluitingstijd van 02:00 uur tot 06:00 uur.
  3. Derde overtreding
    Binnen één jaar na de tweede overtreding: gedurende 1 maand dagelijks de sluitingstijd van 01 :00 uur tot 06:00 uur.
  4. Vierde overtreding
    Binnen één jaar na de derde overtreding: gedurende 1 maand dagelijks de sluitingstijd van 24:00 uur tot 06:00 uur.
  5. Vijfde overtreding
    Binnen één jaar na de vierde overtreding: (tijdelijke) sluiting op basis van de Gemeentewet (artikel 125) / Apv (artikel 2:30).

Uitzonderingsbepaling

De burgemeester heeft het recht om in zich voordoende situaties van deze handhavingsstappen afwijkend te beslissen.

Bijlage 2. Modelreglement huisregels

Opgesteld door de afdeling Doetinchem van Koninklijke Horeca Nederland, in overleg met de politie.

In dit reglement staan de 'huisregels' van ons bedrijf. Met deze regels willen wij uw verblijf bij ons en dat van anderen, gezellig en veilig maken. U bent verplicht om u aan deze regels te houden. Overtreding van een huisregel kan onmiddellijk en zonder aanzien des persoon aan de politie worden gemeld. Ook kan dit leiden tot een ontzegging van de toegang tot dit horecabedrijf. Dit geldt ook voor het aanzetten tot of uitlokken van overtreding van de huisregels. In ernstige gevallen geldt deze ontzegging voor alle horecagelegenheden in deze gemeente (Collectieve Horeca Ontzegging). Op de naleving van deze huisregels houden wij consequent toezicht! Als er portiers aanwezig zijn geldt:

  • dat zij constructief samenwerken met de politie;
  • dat u in- en in de directe omgeving van ons horecabedrijf, hun aanwijzingen stipt moet opvolgen;
  • dat zij u de toegang tot ons bedrijf mogen ontzeggen op basis van onze huisregels;
  • hun beslissing bindend is.

Legitimatie

U moet altijd een geldig legitimatiebewijs kunnen tonen.

Consumpties

Met uw verblijf verplicht u zich tot het gebruik van een consumptie.

Toiletruimten

De toiletruimten zijn uitsluitend bestemd voor daartoe noodzakelijk bezoek. Verblijf om andere redenen is niet toegestaan.

Eigendommen

Het is niet toegestaan om onze eigendommen mee te nemen tot buiten het gebouw of terras. Hieronder worden ook (restanten van) drank of voedsel begrepen. Bij beschadiging van onze eigendommen bent u in beginsel aansprakelijk voor de vervanging- of herstelkosten.

Eigendommen van bezoekers

U respecteert de eigendommen van andere bezoekers. Wij zijn niet aansprakelijk voor het zoekraken van kleding of andere eigendommen van bezoekers. Achtergebleven eigendommen of kledingstukken worden twee maanden bewaard. Na die termijn wordt gehandeld conform de bepalingen van het Burgerlijk Wetboek over het eigendomsrecht. Bezoekers die zich melden voor zoekgeraakte zaken moeten zich kunnen legitimeren. Binnen het bedrijf gevonden goederen moet u bij ons inleveren.

Brandbeveiliging

Instructies over 'Hoe te handelen bij brand' zijn op verschillende plaatsen in dit horecabedrijf zichtbaar. Ook zijn brandinstructies aanwezig die kunnen worden ingezien,

  • Voorkom bij brand in elk geval paniekreacties!
  • Blijf kalm!
  • Druk (als deze aanwezig is) de dichtstbijzijnde handmelder in!
  • Volg de instructies van het personeel op!
  • Verlaat het gebouw volgens de aangegeven vluchtroutes!
  • Gebruik bij brand in geen geval de lift(en)!

Verbandtrommel

De bedrijfsleiding beschikt over een verbandtrommel en is in staat eerste hulp te verlenen.

Cameratoezicht

In ons bedrijf houden wij toezicht door middel van het gebruik van camera's. iedereen die ons bedrijf bezoekt, stemt toe in het maken van opnamen.

Glas en blik

Het is niet toegestaan om glazen, flesjes en blikjes mee te nemen tot buiten in het openbaar gebied. Ook op de dansvloer is het bezit van deze voorwerpen niet toegestaan.

Handel in goederen

Het is verboden om zowel in, als in de directe omgeving van, ons bedrijf goederen te verhandelen. Van strafbaar gedrag, zoals heling, wordt aangifte gedaan bij de politie.

Klachten

Wanneer u klachten hebt, van welke aard dan ook, kunt u deze bij de bedrijfsleiding melden. Klachten moeten direct na het ontstaan worden gemeld. Als u dit niet doet, vervalt uw klachtrecht. Wij stellen u van de afdoening van uw klacht in kennis.

Kledingvoorschriften

U moet in ons horecabedrijf verzorgd gekleed zijn en u houden aan onze kledingvoorschriften. Deze kledingvoorschriften liggen bij ons ter inzage.

Colors (clubkleuren)

Personen die deel uitmaken van groepen die 'colors' clubkleuren dragen, kan de toegang worden ontzegd.

Gedrag

U moet zich in ons bedrijf houden aan de algemeen geldende fatsoensregels. Ongewenste intimiteiten, racisme of discriminatie leiden tot aangifte bij de politie en ontzegging van de toegang tot het bedrijf. Bij agressief, hinderlijk of aanstootgevend gedrag ten opzichte van bezoekers, personeel of politie wordt u altijd uit ons horecabedrijf verwijderd. U krijgt dan ook een ontzegging van de toegang tot het horecabedrijf. Deze ontzegging geldt voor een periode van ten minste drie maanden.

Wapens

Het binnen het bedrijf brengen van wapens, waaronder messen, is ten strengste verboden. Bij het aantreffen van wapens waarschuwen wij altijd de politie. Daarop volgt de ontzegging van de toegang tot het bedrijf, voor een periode van ten minste drie maanden.

Verdovende en hallucinerende middelen

Het bezit en het gebruik van verdovende of hallucinerende middelen is in het bedrijf niet toegestaan en leidt tot verwijdering. Van handel of vermeende handel in deze middelen doen wij aangifte bij de politie aangifte. Ook volgt een ontzegging van de toegang tot het bedrijf voor een periode van één jaar.

Fouillering/detectiepoorten

Bij binnenkomst in ons bedrijf bestaat de mogelijkheid dat u zich moet laten onderwerpen aan een controle. Deze controle is ingesteld ter bescherming van de algemene veiligheid. De controle kan ook plaatsvinden als u al binnen bent.

Parkeren en stallen

U moet gebruik maken van de aangewezen parkeer- en stallingsmogelijkheden in de omgeving van ons bedrijf. U moet in ieder geval voorkomen dat u met uw voertuig overlast veroorzaakt. Als u zich niet houdt aan deze regel loopt u het risico dat uw voertuig wordt verwijderd.